Voor 8 personen
Ingrediënten
Voor het deeg:
Voor 6 personen
Het originele en traditionele recept van de Franse Blanquette (de Veau) wordt bereid met kalfsvlees… Ma Petite Cuisine Amsterdam maakt een andere versie van de Blanquette, bereid met vis. U kunt hiervoor vis uit de diepvries gebruiken, maar verse vis is natuurlijk veel beter!
Ingrediënten:
Als eerste, bereid de groenten:
Fruit de sjalot met 30 gram boter in een grote, diepe pan. Voeg dan de fijngesneden prei toe (u kunt een klein beetje van het groene deel van de prei toevoegen, maar niet teveel) en doe de wortel, gesneden in grote stukken, erbij. Bak de groenten 10 minuten aan, op middelhoog vuur. Doe dan de groentebouillon erbij en kook tot het water is verdampt. De wortelen moeten zacht gekookt zijn. Bak ondertussen in een andere pan de champignons aan op hoog vuur, totdat het vocht van de champignons is verdampt, maar ze moeten niet te bruin worden. Voeg dan de champignons bij de andere groenten als alles eenmaal gekookt is.
Ten tweede, bereid de saus:
Doe 70 gram boter in een pan en voeg zodra de boter is gesmolten 70 gram bloem toe en meng het geheel 5 minuten op laag vuur. Dit mengsel van boter en bloem wordt ook wel roux genoemd in de traditionele Franse keuken. Voeg de witte wijn en wat van de visbouillon toe. Laat het een paar inkoken op laag vuur, terwijl je ondertussen blijft roeren.
Bereid dan de vis:
Kook water in een grote pan, met laurier en wat visbouillon. Voeg de kabeljauw en zalm toe en kook de vis kort (pocheren). Bak de gamba’s in een pan met wat boter en olijfolie een paar minuten op.
Op het laatste moment, wanneer de groenten en de vis klaar zijn maken we het af met de saus: voeg de room en de eierdooier toe en mix deze op een laag vuur, totdat de saus homogeen is en een gladde textuur heeft.
Besprenkel de vis en de groenten met de saus en serveer het meteen! De saus van de blanquette kun je eigenlijk niet meer opwarmen, dus maak het gelijk op.
Tip van Ma Petite Cuisine Amsterdam :
Je kunt dit recept met allerlei soorten vis maken, vooral met schelpdieren, die zorgen voor veel smaak aan je maaltijd! Zolang je je maar aan de baktijd van de vis houdt.
Bon Appétit!
Voor 6 tot 8 personen
De originele en traditionele Franse ‘Tarte Tatin’ is een dessert gemaakt van gekarameliseerde appels… Het idee van dit gerecht is hetzelfde maar dan met sappige tomaten. Dit voorgerecht is heerlijk om aan het eind van de zomer te bereiden, omdat de tomaten meer smaak hebben in deze tijd van het jaar. Je kunt dit voorgerecht in een losse vormpjes maken, zoals op de foto, of in een grotere.
Ingrediënten
Voor de garnering:
Voor de tapenade:
Verwarm de oven op 210 °C.
Bereid eerst de huisgemaakte kruimeldeeg.
Haal de boter uit de koelkast zodat deze beter te bewerken is. Giet de bloem, de Parmezaanse kaas en een snufje zout in een kom. Meng het met de handen en maak een holte in het midden. Plaats de eidooier met de in kleine stukken gesneden 125g boter in het midden. Meng de boter voorzichtig met de dooier en voeg geleidelijk het bloemmengsel toe. Maak er een bal van wanneer het deeg glad is. Indien nodig, voeg een of twee lepels koud water aan het deeg toe.
Plaats de bal in het midden van een vel bakpapier. Plaats een tweede vel erboven en rol het deeg uit met een deegroller totdat het deeg ongeveer 3 mm dik is. Als je geen deegroller hebt, kun je een (lege) wijnfles gebruiken!
Plaats het daarna in de koelkast zonder de vellen te verwijderen.
Bereid daarna de garnering
Was en snij de tomaten door midden. Plaats de boter in een grote pan met een lepel olijfolie (zodat de boter niet aanbrandt), samen met een grote lepel honing, een lepel balsamico en verse rozemarijn. Voeg de tomaten toe (huidzijde op de pan) en bereid het op gemiddelde temperatuur voor ongeveer 15 minuten. Draai de tomaten voorzichtig om en bak nog 5 minuten door. De tomaten moeten karameliseren, maar mogen niet aanbranden.
Niks makkelijkers dan de tapenade : meng de zwarte olijven in een blender met de pijnboompitten en de ansjovissen. Voeg een lepel olijfolie toe wanneer het te dik is.
Als je nog Parmezaanse kaas over hebt, kun je die toevoegen .
Maak nu de tarte tatin.
Schik de tomaten in je vorm (huidzijde langs de vorm, snijkant aan de bovenkant). De tomaten mogen dicht tegen elkaar aan liggen.
Haal het deeg uit de koelkast. Snij met een mes een stuk uit het deeg ter grote van je vorm. Giet aan één kant wat tapenade. Plaats het deeg bovenop je vorm (kant van de tapenade langs de tomaten).
Bak het in de oven op 200 °C gedurende 15/20 minuten, totdat het deeg krokant lijkt. Pak een plaat groter dan de vorm, plaats deze bovenop de vorm en draai het geheel om. Dit voorgerecht kan warm en koud gegeten worden!
Tips van Ma Petite Cuisine Amsterdam :
Ik gebruik de techniek van de ‘2 bakpapier vellen’ voor bijna al mijn deegwaren, zoals zandtaartdeeg en suikerkorstdeeg, omdat je zo het deeg zo gemakkelijk in elke vorm kan plaatsen, zelfs wanneer het plakt of broos is.
Meestal serveer ik dit voorgerecht met een verse spinaziesalade met honing-mosterd dressing. Als je wat tapenade over hebt, serveer het dan bij het als aperitief met brood.
Bon Appétit !
Voor 6 tot 8 personen
Clafoutis met kersen is een van mijn favoriete zomerrecepten… Het is een mooi alternatief voor de vruchtenvlaai en heeft weinig voorbereidingstijd nodig. Ik laat de pitten in de kersen, anders loopt al het sap van de kersen door het deeg heen en verandert het de dichtheid van het dessert, dat eigenlijk een ‘ Flan’ (Franse puddingtaart) hoort te zijn.
Ingrediënten
Bereiding
Tips van Ma Petite Cuisine Amsterdam
De traditionele Clafoutis wordt bereid met kersen, maar kan ook gemaakt worden met andere soorten fruit zoals nectarines, pruimen…. Ik ben vooral gek op de Clafoutis met abrikoos. Ik voeg alleen 20 gram suiker extra toe in de voorbereiding om de zuurheid van de abrikoos in balans te krijgen, en ik verspreid wat gesneden amandelen bovenop voordat de Clafoutis in de oven gaat.
Eet smakelijk!
Voor 6 personen
In de Périgord, de regio waar ik vandaan kom is ‘Magret de Canard’ een traditioneel gerecht en er liggen verschillende bereidingswijzen voor de hand. Ik heb specifiek voor dit recept gekozen omdat twee bijzondere producten uit de regio elkaar versterken en goed combineren: de porcini paddenstoel en de witte wijn van Monbazillac.
Ingrediënten
Bereiding
* Let op: haal de eendenborstfilets ruim van tevoren uit de koelkast. Wanneer het vlees uit de diepvries komt en direct in een hete pan wordt gebakken, zal het vlees niet goed smaken.
Maak eerst de dressing, snijd hiervoor de sjalotjes in kleine stukken. Verwarm in een koekenpan wat boter en bak de sjalotjes tot deze licht doorschijnend zijn, ze mogen niet bruin worden. Pureer de knoflook en voeg deze toe aan de pan met de sjalotjes. Maak met wat keukenpapier de paddenstoelen schoon (nooit met water) en voeg deze eveneens toe aan de pan. Gebruik je gedroogde porcini? Leg deze dan eerst voor 20 minuten in een pan gekookt water. Bak vervolgens de paddenstoelen 5 minuten op hoog vuur. Ze moeten een krokante laag hebben en niet verbrand raken. Verwarm de Monbazillac in een aparte pan tot wijn voor de helft is verdampt en de wijn een siroop-achtige structuur krijgt. Voeg vervolgens 25 cl vleesbouillon, een eetlepel honing, twee eetlepels crème fraîche toe en meng dit in zijn geheel met een lepel. Voeg aan het eind de paddenstoelen toe.
Kook de dressing gedurende 10 minuten op laag vuur terwijl je de eendenborst voorbereidt. Verwarm gedurende een paar minuten een koekenpan. Verwijder in de tussentijd met een mes het overtollige vet van de borstfilets, kruid de filets daarna aan beide kanten met zout en peper. Bak eerst de kant met het vet 5 minuten op middelhoog vuur en herhaal vervolgens aan de andere kant. Het vlees is dan rosé van kleur en zacht. Wil je het vlees meer doorbakken hebben? Bak de filets dan nog enkele minuten langer. Wikkel na het bakken de filets in aluminiumfolie een laat voor 5 minuten rusten voordat je het vlees snijd. Voeg ondertussen de boter toe aan de dressing en meng deze met een garde. Breng indien nodig op smaak met peper en zout.
Tip van Ma Petite Cuisine Amsterdam
Serveer dit gerecht met ‘Pommes de terre Sarladaise’. Kook vastkokende aardappels 10 minuten op middelhoog vuur. Doe vervolgens de deksel op de pan en kook nog eens 15 minuten. Breng uiteindelijk op smaak met geperste knoflook, fijngehakte peterselie, zout en peper.
Bon Appétit!
Voor 6 personen
Pain de lotte is een traditioneel Frans recept dat ik ’s zomers graag als voorgerecht bij een familielunch serveer. Ik raad je vooral aan om verse zeeduivel te gebruiken en geen andere witvis (zeeduivel staat bekend om zijn stevige en lekkere vlees) en, voor zover mogelijk, om het gerecht een dag van tevoren klaar te maken, zodat het een nacht in de ijskast kan rusten.
Ingrediënten
Bereiding
Verwarm de oven alvast voor op 180 C.
Doe de zeeduivel in een pan met koud water, tijm, laurierblad en het sap van 1 citroen en breng zachtjes aan de kook zodat de zeeduivel niet uit elkaar valt. Als het water kookt, haal de vis dan na twee minuten uit de pan en laat afkoelen. Als de zeeduivel is afgekoeld, verkruimel de vis dan in middelgrote stukken (niet te klein).
Klop in een kom de eieren los totdat ze schuimen. Voeg een snufje piment d’Espelette, peper en zout, 3 eetlepels crème fraîche, 3 eetlepels tomatenpuree en 2 eetlepels cognac toe en meng.
Vet een terrinevorm van 22 x 10 cm in (niet groter, anders krijg je de pain de lotte na het koken niet goed uit de vorm) en schenk hier een 1 cm hoge rand van het eimengsel in. Leg hierop de helft van de stukjes zeeduivel. Schenk vervolgens weer een laag eimengsel in de terrine en leg daarop de rest van de zeeduivel. Schenk tenslotte de rest van het eimengsel over de zeeduivel zodat deze helemaal bedekt is.
Nu gaan we de bain-marie maken: schenk heet water in een diepe braadslee en plaats de terrine in het midden. De terrine moet minstens voor de helft onder water staan. Door au bain-marie te verwarmen, droogt de pain de lotte niet uit.
Plaats de braadslee 20 minuten in de oven. Sluit daarna de terrine af met aluminiumfolie en verwarm nog eens 20 minuten. Omdat elke oven anders is, raad ik aan af en toe met een scherp mes de terrine te testen. De pain de lotte hoort vanboven licht gebruind en vanbinnen stevig te zijn, anders breekt hij als je hem uit de vorm haalt. Als de pain de lotte gaar is, laat hem dan helemaal afkoelen voordat u hem voorzichtig uit de vorm haalt. Serveer met kort in zoute boter gebakken groene asperges.
Tip van Ma Petite Cuisine Amsterdam
Maak een ‘Mayonaise Mousseline’ voor bij de pain de lotte: scheid van 1 ei de dooier en het eiwit. Meng in een kom de dooier met een snufje peper en zout en een theelepel azijn (bij voorkeur met een elektrische mixer). Druppel hier tijdens het mixen gestaag zonnebloemolie doorheen, totdat de mayonaise steviger wordt. Klop in een andere schaal het eiwit met een snufje zout op totdat het redelijk stevig is. Lepel het eiwit door de mayonaise uit de andere kom. Laat een uur in de ijskast staan en garneer met wat bieslook.
Bon Appétit !